O HERE, Gij zijt mijn God, U zal ik verheffen, uw naam loven, want Gij hebt wonderen gedaan, raadsbesluiten uit een ver verleden in waarheid en trouw volvoerd.

Jesaja 25:1

 Wat is het toch goed om altijd de hele tekst rondom de tafeltekst door te lezen. De tafeltekst van deze week staat te midden van woorden die profeteren over een geheel nieuwe wereld: het komende Godsrijk op aarde. In de teksten ervoor profeteert Jesaja over de vernietiging van alles wat zichzelf verheven heeft: En te dien dage zal het geschieden, dat de HERE bezoeking zal brengen over het heer der hoogte in den hoge en over de koningen der aarde op de aardbodem. (Jesaja 24:21)

Wonderlijk is ook de vreugde van de profeet over de totale afbraak van Jeruzalem, dat helemaal geen stad van God meer bleek te zijn: Want Gij hebt de stad tot een steenhoop gemaakt, de versterkte veste tot een bouwval, de burcht der vreemden tot wat geen stad meer is; in eeuwigheid zal deze niet herbouwd worden. (Jesaja 25:2)

Veel zal afgebroken worden voordat de grote Dag aanbreekt. Maar het zal zeker zo worden, dat Jeruzalem weer de Stad Gods zal zijn: Dan zal de blanke maan schaamrood worden, en de gloeiende zon zal zich schamen, want de HERE der heerscharen zal Koning zijn op de berg Sion en in Jeruzalem, en er zal heerlijkheid zijn ten aanschouwen van zijn oudsten. (Jesaja 24:23)

Ja, het zijn ongelofelijke dingen die staan te gebeuren. Maar hoe zouden we dit alles kunnen geloven, hoe zou ons leven door dit alles bepaald kunnen worden, als… de tafeltekst voor deze week niet ons leven en denken, dag en nacht, bepaalt! Te midden van al deze kleurrijke toekomstige gebeurtenissen staat als een rots het Woord voor deze week: O HERE, Gij zijt mijn God, U zal ik verheffen, uw naam loven.

De reden voor deze aanbidding is, dit keer, niet de aankondiging door Jesaja van alles wat dus komen gaat, maar: want Gij hebt wonderen gedaan. Het woord ‘wonderen’ betekent eigenlijk: buitengewoon moeilijk te begrijpen dingen. Het verlangen van Jesaja om Gods naam te loven is, dat God buitengewoon moeilijk te begrijpen dingen gedaan heeft. Dus niet de belofte dat Hij het doen zal, maar gedaan heeft.

Echte aanbidding is er alleen als we ons ‘verwonderen’: erkennen dat er moeilijk te bevatten dingen van Godswege gebeurd zijn. Ja, dat is een kenmerk van wat we Bijbels realisme noemen. De aanbidding bij Jesaja was er niet, omdat God weer veel openbaarde van wat Hij zal gaan doen, maar omdat God veel gedaan heeft! En dan gaat het hier niet in de eerste plaats om het directe handelen van God in ons dagelijks leven maar omdat God: raadsbesluiten uit een ver verleden in waarheid en trouw volvoerd heeft.

Het woord ‘raadsbesluiten’ willen we hier liever vertalen met: plannen of voornemens. Bij het woord ‘raadsbesluit’ denk je zo gauw aan plechtige vergaderingen van belangrijke mensen . . . Nee, hier moeten we denken dat de eeuwige God Zijn plannen en voornemens ‘in een ver verleden’: in een onmetelijke, eeuwige tijdsafstand  – heel mooi samengevat is dit in de eerste woorden van de Bijbel: in den beginne – , gesproken heeft. Deze ‘woorden van God’ heeft God in ons leven ‘volvoerd’ (simpelweg te vertalen met ’gedaan’).

Er is geen kracht in het profetische woord van de Bijbel tenzij we juichen bij het zien, dat God ook nu, in ons leven, Zijn woord aan en in ons vervult! Dit woord zal doel en zin krijgen als we deze week, en altijd, juichend doorbrengen en onze God ‘verheffen’: als we God op de eerste, de hoogste plaats stellen.

Laten we daarom Zijn ‘Naam’, Zijn roem loven. Het woord ‘loven’ kunnen we vertalen met: lof zingen, danken, vanwege Zijn woord, dat Hij dagelijks in ons leven in ‘waarheid’ vervult. Hier kunnen we ook zeggen: in ‘getrouwheid’ vervult. In het Hebreeuws staat het zo, dat je het zou kunnen vertalen met: dat Gij Uw plannen…  in getrouwheid uitgevoerd hebt. En dan als slot de uitroep: AMEN.