…, opdat uw geloof niet zou rusten op wijsheid van mensen, maar op kracht van God.

  1 Korintiërs 2:5

Eigenlijk is deze tekst niet te begrijpen zonder het voorgaande. Het begint dan ook met ‘opdat’. Wat een geheimenis ligt er in de voorgaande teksten. Paulus, een ‘Schriftgeleerde’, heeft ontdekt dat al zijn studie hem niet dichter bij God heeft gebracht; maar dat je ook de ander door ‘studie’ geen stap dichter bij God kunt brengen. Paulus, de Schriftgeleerde, heeft God pas leren kennen toen God hem tegenkwam. Die ontmoeting was beslist niet ‘christelijk’. God sloeg hem met blindheid, niet om Paulus te straffen, maar om Paulus radicaal te stoppen in al zijn religieuze ijver.

Wat is het belangrijk om dit tot ons te laten doordringen. En wat is het nodig voor ons om te beseffen dat we beslist niet beter zijn dan Paulus. Ook wij staan onze naasten in de weg om God werkelijk te leren kennen, als we denken dat een vertrouwen op inzichten en verworven kennis óver God de ander tot geloof kan brengen…

Paulus was een gezien man in Jeruzalem, hij had gestudeerd bij een groot geleerde: Ik ben een Jood, te Tarsus in Cilicië geboren, doch in deze stad opgevoed, aan de voeten van Gamaliël opgeleid met nauwgezette inachtneming van de wet onzer vaderen, een ijveraar voor God (Handelingen 22:3). Maar Paulus was door de openbaring van God in zijn leven tot een ander mens geworden. Dat was zo ingrijpend geweest dat hij zijn naam ‘Saulus’ veranderde in ‘Paulus’. In volle overtuiging verwierp hij al zijn verworven kennis over God: Maar alles wat mij winst was, heb ik om Christus’ wil schade geacht. (Filip. 3:7)

En in zijn opdracht om mensen bij God te brengen, wist hij dat hij alleen maar schade zou toebrengen aan mensen als hij met schittering van woorden of wijsheid het getuigenis van God zou komen brengen (1 Kor.2:1). Hier is het woord ‘wijsheid’ onderstreept, omdat Paulus hier hetzelfde woord gebruikt als in onze tafeltekst. Dit woord ‘wijsheid’ heeft met ‘scholing’ te maken. Het is een wijsheid die je verwerven kan. Paulus noemt dit hier ‘wijsheid van mensen’. Deze ‘wijsheid van mensen’ is een vijand van God. Met deze wijsheid kun je het in deze tijdgebonden wereld ver schoppen, maar het brengt je geen stap dichter bij God!

Paulus wilde geen mis-leider zijn, maar een dienstknecht van God. In zijn brief aan de Filippenzen zegt hij onomwonden: Voorzeker, ik acht zelfs alles schade, omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Here, dat alles te boven gaat. Om zijnentwil heb ik dit alles prijs gegeven en houd het voor vuilnis, opdat ik Christus moge winnen, en in Hem moge blijken niet een eigen gerechtigheid, uit de wet, te bezitten, maar de gerechtigheid door het geloof in Christus, welke uit God is op de grond van het geloof (Filip. 3:8,9).

 Als we ons afvragen waarom ons leven nog onvruchtbaar is voor God, dan kan onze tafeltekst ons zeker helpen, als we ons ernstig durven af te vragen waar ons geloof nu eigenlijk op gebaseerd is. Is ons geloof gebaseerd op een eigen gerechtigheid, uit de wet, zoals Paulus het noemde? Dit is de brandende vraag die in deze tafeltekst op ons af komt: Waar ‘rust’ ons geloof op? Dit woord ‘rusten’ kunnen we ook vertalen met ‘bestaan uit’. Waar bestaat ons geloof uit? Is dat gebaseerd op ‘scholing’ door de ‘wijsheid der mensen’? Dan wordt het tijd dat we daar net zo radicaal mee breken als Paulus. Want het is juist dit aangeleerde geloof wat de openbaring van God in de weg staat.

Paulus, onderweg naar Damascus, was echt niet zo zelfverzekerd als hij er uitzag (Handelingen 22), want hij was getuige geweest bij de steniging van Stefanus…  Dit sterven van Stefanus was tot een ‘spreken van God’ geworden voor Saulus. Hierdoor kon hij een ontmoeting met God hebben, wat hem tot een nieuwe schepping maakte. De ‘stoere’, zelfverzekerde Saulus werd tot een diep afhankelijke Paulus, die er naar verlangde om in zwakheid te leren roemen, opdat de kracht van Christus zich in hem aan de ander kon openbaren. Dit heeft het leven van Paulus vruchtbaar gemaakt voor het Koninkrijk van God. Wat een tafeltekst voor deze week. Weg dus met alle ‘wijsheid van mensen’. Laten we deze week, en ons hele verdere leven, bidden om de ‘kracht’ van God, die zich openbaart in een leven dat graag wil roemen in zwakheid, om alleen nog maar van Hem te zijn!